Blues in F

De achttienjarige Nederlands-Poolse Janek lijkt een echte probleemjongere; zijn moeder werd opgenomen in een psychiatrische instelling, Janek woont met broer Pawel bij z’n afwezige stiefvader. Om z’n spijbelproblematiek aan te pakken, zal de nieuwe docente Mirjam Siegal hem begeleiden. Al gauw koestert Janek gevoelens voor de knappe jonge vrouw en vraagt hij zich af of Mirjam ook iets voor hem voelt. Janek bedenkt een verregaand plan om achter de waarheid te komen ...

Als vertrouwenspersoon op een middelbare school wordt Emke Rientsma dagelijks geconfronteerd met problemen van tieners en adolescenten. Via een goedgekozen vertelperspectief biedt de auteur een geslaagde inkijk in Janeks verwarde gevoelens en gedachten. Daarnaast krijgen ook Janeks 'roots', m.n. zijn Poolse afkomst, de nodige aandacht. Het hoge verteltempo verleent Rientsma’s debuut een spannende ondertoon, die naar een verrassende ontknoping leidt. Het einde laat dan ook een diepe indruk na, die omwille van de genuanceerde uitwerking overtuigt.