
De slavenring
Folkrad is de zoon van een stamhoofd van de Cananefaten. Hij wordt na een wraakactie van de Romeinen als slaaf naar Rome vervoerd. In Pompeï komt hij in dienst van een rijke heer, die hem goed behandelt. Met diens zoon heeft Folkrad meer problemen. Uit wanhoop vermoordt Folkrad hem en slaat vervolgens op de vlucht. En dat blijkt zijn redding: Pompeï wordt getroffen door de uitbarsting van de Vesuvius en bedolven onder lava en as.
Het verhaal speelt in de eerste eeuw na het begin van de jaartelling. De schrijfster geeft een levendig beeld van die tijd. Samen met Folkrad beleef je hoe het was toen de Vesuvius tot uitbarsting kwam, en zijn wereld volledig op z'n kop kwam te staan.
Lees een stukje
'De goden! De goden willen ons straffen!'
Ze staan midden op straat, karren en muilezels de weg versperrend, en kijken omhoog naar loggia's waar bloempotten vanaf gevallen zijn. De zwakke of na de aardbeving van zestien jaar geleden matig herstelde gebouwen verraden zich meteen: daar ligt afgebrokkeld steen op straat en hangen deuren uit de sponningen. Maar het kon erger. Als verdere bevingen uitblijven, verspreiden de mensen zich en pakken hun bezigheden weer op.
Wat andere lezers vinden
valt mee, kan een beetje meer actie gebruiken