
160 gedichten om uit het hoofd te kennen: van Heer Halewijn tot Hugo Claus
160 gedichten vanaf de elfde eeuw tot nu (ongeveer 2003). Beginnend met het oudste ‘Hebban olla vogala nestas hagunnan’ en daarna volgen gedichten van anonieme dichters, van Hadewijch en Anna Bijns, van Jacob Cats, Pieter Corneliszoon Hooft, Guido Gezelle, Karel van de Woestijne, Paul van Ostaijen, Herman Gorter, Bertus Aafjes, Herman de Coninck, Neeltje Maria Min, Rutger Kopland, Judith Herzberg enzovoort.
"160 gedichten om uit het hoofd te kennen" is een goede start om in de poëzie van de verschillende dichters te duiken. Je kunt erin bladeren en je laten verrassen door korte en lange gedichten vanaf de elfde eeuw tot nu.
Lees een stukje
Ars poëtica (Cees Buddingh')
ik weet het nog als de dag van gisteren
(ik was misschien 22): ik zat
te broeden op een gedicht, en mijn moeder
zat bij het raam de aardappels te schillen
het vers wilde maar niet lukken: het zweet
stond op mijn rug en vol ergernis dacht ik:
hoe kan men in godsherenaam dan ook
poëzie schrijven in een kamer waar
iemand aardappels zit te schillen?
Wat andere lezers vinden
Dit boek is gemaakt door mijn leerkracht engels van het derde jaar. (Ivo Van Strytem) Echt een aanrader :D