Vonk
Wiek woont in Vonk, een luciferfabriek. Daar werkt hij met andere wezen voor de vreselijke Ma Boeman. Op een dag vindt Wiek een kleine baby in een eikelwiegje. 's Avonds komen de Hobs, heel kleine boswezens, de baby halen. Ze helpen Wiek ontsnappen uit Vonk. Hij mag bij hen in het bos komen wonen. Niet alle Hobs vinden dat een goed idee. Maar Wiek mag blijven en is er gelukkig. Tot hij merkt dat de Hobs en het bos bedreigd worden door een monster. Hij wil het monster verslaan en zijn vrienden in Vonk bevrijden. Twee zware opdrachten die zorgen voor een spannend en gevaarlijk avontuur.
Lees een stukje
Er klinkt gemompel onder de Hobs. Ik werp een blik op hun kleine nesthuisjes. Ze zien er breekbaar uit, alsof ze makkelijk stuk zouden gaan als ik er per ongeluk op ging staan of zitten. Ik had toch gelijk, ik ben te groot. Ik hoor hier niet. Ik voel de ogen van de Hobs naar me kijken en ik slik de prop in mijn keel weg. 'Misschien kan ik beter gaan.'
'Ja, ga maar,' zegt Nox. 'Je zou vast op allerlei jonge scheuten en zaailingen trappen.'
'Jij gaat helemaal nergens heen,' zegt papa Herne tegen me.
Wat andere lezers vinden
Het is leuk, medium leuk. Het kan beter, idk.