
Onze lange reis met het hoofd in de koffer
De zusjes Kee en Matje, hun vriend Puf en aapje Toets zijn ‘kermisvolk’. Hun woonwagens staan op het terrein van de akelige kermisbaas Bonkers. Die ging er met het spaargeld van hun overleden moeder vandoor. Wég is de droom van de drie kinderen om met dat geld naar Amerika te trekken. Als Matje en co op de vlucht moeten slaan voor Bonkers lijkt hun grote droom nóg verder weg. Tenminste, tot ze de mysterieuze koffer openen die Puf van Bonkers heeft gestolen…
Gezellig historisch avonturenverhaal dat zich afspeelt in het Nederland van begin twintigste eeuw.
Lees een stukje
‘Als ze mij de brand in de schoenen schuiven, dan is de dood van Mister Henry mijn schuld. Ik kan hier niet blijven.’ Ik bijt op mijn lip om het trillen te stoppen.
‘Je laat mij toch niet alleen?’ zegt Kee, wanneer tot haar doordringt wat dit betekent.
Ik neem haar gezicht tussen mijn handen. ‘Jij mag op Toets passen.’
Hoewel het donker is, zie ik de angst in de ogen van mijn zusje plaatsmaken voor vastberadenheid. ‘Nee!’ roept ze. ‘Wij gaan mee!’
Wat andere lezers vinden
te veel pagina's